Werken met Nectar? Joost geeft 5 tips.

Tip 1 Geef directe instructie bij de start van de les

Begin elke les met een directe instructie waarbij je aangeeft wat er tijdens de les van de leerlingen verwacht wordt. Na de lesstart blik je kort terug op de voorgaande les. Geef vervolgens een beknopte uitleg van de nieuwe stof, waarbij je gebruikmaakt van de bronnen in de paragraaf. Van een duidelijk instructie heeft elke leerling, ongeacht hun niveau, profijt. Vertel ook duidelijk wat de leerlingen kunnen doen als ze moeite met de stof hebben. Nectar heeft een duidelijke structuur die uitstekend aansluit bij de methode van directe instructie. Het boek begeleidt je leerlingen stap voor stap. Bekijk de video om te zien hoe je met Nectar differentieert.

Tip 2 Houd rekening met de leervoorkeur van je leerling

Als docent heb je je eigen leervoorkeur en geef je als het goed is les op een manier die het beste bij jou past. Dat kan zijn via een instructievideo, of door te werken in een groepje. En een volgende leerling heeft niemand nodig om de stof tot zich te nemen, want deze werkt helemaal zelfstandig. En soms heeft een leerling net wat extra individuele uitleg nodig. Richt je les zo in dat elke leerling op zijn/ haar eigen manier aan de slag kan.

Tip 3 Vertel je leerlingen dat in Nectar de bronnen hetzelfde verhaal vertellen als de tekst

De leervoorkeuren van de leerlingen in je klas variëren sterk. Maar ook hoe leerlingen de stof uit het boek opnemen is voor iedereen anders. De één is heel visueel ingesteld en de ander is meer tekstgericht. Bij Nectar vertellen de beelden van de bronnen exact hetzelfde verhaal als de tekst. Zo kan elke leerling de stof goed tot zich nemen om de leerdoelen te behalen..

Tip 4 Laat de leerlingen alleen de vragen maken van hun eigen niveau

Bij Nectar staan bij elk leerdoel drie type vragen. Deze zogenaamde KTI-vragen zijn op drie niveaus ingedeeld: kennis, toepassing en inzicht. De K-vragen gaan over kennis en het reproduceren van wat je geleerd hebt. Bij T-vragen gaat het over het gebruiken van kennis die je net geleerd hebt en bij de I-vragen om inizcht. Sommige inzichtvragen zijn stervragen. Deze stijgen zelfs boven het examenniveau uit. Laat je leerlingen alleen de vragen maken die bij hun niveau passen. Je kunt hier verder lezen over KTI-taxonomie.

Tip 5 Gebruik de digitale leeromgeving

De digitale leeromgeving van Nectar biedt veel mogelijkheden voor differentiatie op niveau, tempo en interesse van de leerling. Online zijn er drie verschillende leerlijnen: een leerlijn voor de leerling die het vak moeilijk vindt, voor de gemiddelde leerling en voor de leerling die wat meer uitdaging nodig heeft. Het online resultatendashboard helpt je leerlingen efficiënt naar hun eigen niveau toe te werken. Ze ontvangen direct feedback op de gemaakte opdrachten. Zo krijgen ze snel inzicht in hun voortgang. Als docent kun jij via het dashboard eenvoudig ontwikkeling volgen per klas én per leerling. Voor snelle leerlingen is er online extra materiaal beschikbaar. Daarnaast biedt de online videoleerlijn extra uitlegvideo’s voor leerlingen die de stof lastig vinden en uitdagende videobeelden voor degenen die graag wat meer willen leren of zich verder willen verdiepen. Meer tips voor gebruik van de digitale leeromgeving vind je hier.

Tip 1 Loop met je leerlingen de online content door

Je legt uit hoe je leerlingen met het leerboek moeten werken, doe dit ook met de online-content. De content van Nectar is heel veelzijdig: het bevat een e-book dat voorgelezen kan worden. Er zijn twee soorten ‘Toepassingen’: de ene legt verbanden binnen de paragrafen van een hoofdstuk en de andere tussen verschillende voorgaande hoofdstukken. Er zijn oefentoetsen en andere digitale toetsen. Er is een YouTube afspeellijst, SlimStampen en Examensprint.

In deze infographics zie je precies welke onderdelen er voor jouw klas in het boek en online beschikbaar zijn en hoe je er mee werkt.

Tip 2 Gebruik de YouTube afspeellijst, SlimStampen en Examensprint

Voor elk hoofdstuk in het leerboek is er een YouTube afspeellijst die per paragraaf een aantal korte uitleg- of illustratievideo’s weergeeft. In elke video wordt een deel van de leerstof uitgelegd. Handig voor leerlingen die visueel ingesteld zijn. uit de video’s vermeld.

Met SlimStampen leren je leerlingen de betekenis van biologische begrippen. Het programma past zich aan, aan de kennis van de leerlingen. Onderzoek laat zien dat leerlingen met Slimstampen de kennisstof tot wel 10% sneller onder knie hebben én hogere cijfers behalen. Slimstampen geeft jou als docent ook inzicht in het kennisniveau van je leerlingen en kan daarmee eventueel de traditionele toetsen vervangen!

Met Examensprint kunnen de leerlingen hele examens oefenen, maar ze kunnen er ook voor kiezen alleen bepaalde onderwerpen te toetsen. Het programma geeft feedback op de gegeven antwoorden zodat de leerlingen weten welke stof ze wel en welke ze nog niet beheersen.

Tip 3 Gebruik het resultatendashboard

Het resultatendashboard helpt je t weten of de leerlingen de leerstof begrijpen en “bij” zijn. Het geeft je overzicht van de vorderingen en resultaten van je leerlingen, hierdoor heb je inzicht in het leerproces van elke leerling. Je ziet welke leerstof voor alle leerlingen lastig is en waar een individuele leerling vastloopt. Gebruik de informatie bij het voorbereiden van je lessen, zodat je meer grip krijgt op het leerproces van je leerlingen.

Tip 4 Personaliseer de leeromgeving

De digitale leeromgeving van je leerlingen kun je als docent zelf inrichten: het arrangeren van je lesstof. Bij de start van het schooljaar kun je er voor kiezen om een bepaalde inhoud verbergen, de volgorde van de hoofdstukken aanpassen, linkjes, bestanden en andere toetsvragen toevoegen. Je kunt de leeromgeving helemaal naar je eigen hand zetten.

Met de taakplanner geef je leerlingen extra duidelijkheid en structuur, zodat ze precies weten wat er van hen wordt verwacht. Je kunt hiermee opdrachten klaarzetten en desgewenst een deadline toevoegen.

Tip 5 Neem toetsen eens digitaal af

Digitaal een toets afnemen is heel efficiënt: je kunt namelijk op één plek de toets inplannen, veilig afnemen, nakijken en nabespreken. Je kunt je toetsen zelf samenstellen met de uitgebreide toetsvragenbank en afnemen in de digitale leeromgeving óf op papier als dit je voorkeur heeft. Of plan flexibel toetsen in, deel ze met collega’s . Het nakijken gaat snel!

Met de Safe Exam Browser neem je toetsen veilig af: de browser controleert en beperkt de toegang tot systeemfuncties, andere websites en applicaties. Zo voorkomt het dat leerlingen onderling overleggen via de chat of niet toegestane bronnen gebruiken tijdens een toets.

Digitaal werken met Nectar vergroot de eigen verantwoordelijkheid voor het leerproces van je leerlingen. Het biedt leerlingen andere mogelijkheden om de stof tot zich te nemen. En het maakt het mogelijk de vorderingen van de leerlingen beter te monitoren. Meer tips vind je hier.

Wil je het uitproberen en heb je nog vragen of wil je weten hoe het precies werkt? Neem contact op met je accountmanager.

Tip 1 Niet toetsen maar quizzen met Nectar

Maak leren echt leuk. Doe met de klas een quiz na het afronden van een hoofdstuk. Dit doe je door ze in groepjes te delen, zelf vragen en antwoorden te laten bedenken en de groepjes elkaar vragen te laten stellen. Als docent zorg je ervoor dat iedere groep even vaak aan de beurt komt en houd je de punten bij. Denk aan een prijsje voor de winnende groep! Plezier en actieve leerlingen gegarandeerd.

Tip 2 Test je leerlingen met Examensprint

In de digitale leeromgeving kunnen je leerlingen online oefenen met Examensprint. Hier kunnen ze heel gericht op verschillende onderwerpen trainen. Bij elke vraag krijgen de leerlingen een tip. Na het beantwoorden van alle vragen ontvangen ze een persoonlijk advies. Op deze manier ontdekken ze zelf welke onderwerpen ze al helemaal beheersen en waaraan ze nog wat aandacht moeten besteden.

Tip 3 Laat de leerlingen oefenen met SlimStampen

Elk hoofdstuk in het boek bevat biologische begrippen. Om de vragen op een toets goed te kunnen beantwoorden is het belangrijk dat je leerlingen de betekenis van al die begrippen kennen. In de digitale leeromgeving staat hiervoor de begrippentrainer SlimStampen. De leerlingen werken zelfstandig en het niveau van de training past zich aan de leerling aan. Door persoonlijke feedback en een dashboard volgen ze hun eigen voortgang.. Deze methode is wetenschappelijk bewezen effectief! Beluister ook de podcast 'Tussenuur met Noordhoff' over SlimStampen.

Tip 4 Gebruik de leerdoelen

In de nieuwste editie van Nectar begint elke paragraaf met duidelijke leerdoelen: wat moet een leerling kennen en kunnen. Vraag je leerlingen om eerst het leerdoel te lezen en vervolgens de paragraaf. Laat je leerlingen het leerdoel beantwoorden. Vraag ze om hun eigen antwoord te vergelijken met de hoofdpunten per leerdoel aan het einde van elke paragraaf. Je leerlingen kunnen op deze manier handig controleren of ze alles begrijpen.

Tip 5 Gebruik de oefentoetsen

Online hebben je leerlingen toegang tot zowel een “Test Jezelf” als een oefentoets. Ze krijgen direct feedback op hun gemaakte opdrachten en via het dashboard wordt hun voortgang inzichtelijk gemaakt. Zo kunnen leerlingen zelfstandig aan de slag en hun eigen vorderingen volgen. Scoren ze op bepaalde onderdelen onvoldoende, dan kunnen ze gericht om extra uitleg van de docent vragen.

Tip 1 Stel duidelijke doelen

Koppel de leerdoelen van het practicum aan de leerstof. Een duidelijke koppeling met de leerstof helpt leerlingen om het practicum in context te plaatsen, waardoor ze beter begrijpen hoe theorie en praktijk samenhangen en waarom het relevant is. Nectar helpt je hierbij. Aan het begin van elke paragraaf staan de leerdoelen aangegeven. De practica die we bij de methode aanbieden hebben altijd een duidelijke koppeling met de leerdoelen in onze boeken. Kijk bijvoorbeeld in Nectar editie 5.0 OB, hoofdstuk 14 paragraaf 4 voor het waterpracticum. Bepaal ook voor jezelf wanneer het practicum geslaagd is. Benoem een aantal concrete punten.

Tip 2 Check je materiaal

Het klinkt voor de hand liggend. Hoe zeker je het ook weet, check al het materiaal ruim van tevoren. Gebruik je een practicum uit Nectar, dan vind je daar een overzicht van alle materialen die je nodig hebt, en in de docentenhandleiding en TOA-handleiding vind je extra tips voor een vlekkeloze voorbereiding. Geef leerlingen ook taken voor het meenemen van de materialen. Verdeel de taken in meenemen naar de locatie en het terugnemen vanaf de locatie.

Tip 3 Verken de locatie vooraf

Tijdens de voorbereiding van het practicum is het verstandig om eerst zelf de locatie te verkennen en een goed beeld te vormen. Waar wil je dat de leerlingen aan de slag gaan? Waar staat het materiaal? Zijn er plekken waar je niet wilt dat de leerlingen komen? Zorg voor een veilige omgeving. Je kunt ervoor kiezen om een plattegrond te maken als onderdeel van je voorbereiding. Elk groepje krijgt een vaste plek toegewezen.

Tip 4 Stel kaders en bespreek deze van tevoren

Bij een buitenpracticum laat je een deel van de fysieke vertrouwde kaders los, zoals de muren van het lokaal. Dat is soms lastig.. Heb jij hier behoefte aan, bedenk dan elke kaders je hiervoor in de plaats wilt stellen. Waar voel jíj je prettig bij? Bespreek bijvoorbeeld dat het belangrijk is om als groepje bij elkaar te blijven. Ga daarna aan de slag met het opstellen van een beoordeling. Je kunt hier verschillende elementen in verwerken, bijvoorbeeld de kaders, of regels, die jij hebt opgesteld, om structuur te bieden tijdens het practicum. Geef leerlingen de kans om op sommige momenten relatief eenvoudig punten te behalen, bijvoorbeeld door punten toe te kennen voor het opruimen van het practicum materiaal

Bespreek in de les voorafgaand aan het practicum wat de verwachtingen zijn herhaal dit kort op de dag zelf. Doe klassikaal de lastige handelingen voor.

Tip 5 Plan start-stopmomenten in

Het is belangrijk dat je met een zekere mate van rust het practicum ingaat. Dit betekent niet dat de leerlingen per se stil moeten zijn, maar wel dat ze gezamenlijk en doelgericht aan de slag gaan en in staat zijn zich op het practicum te focussen. Je kunt dit bereiken door start-stopmomenten in te plannen, waarin je uitleg geeft en de volgende stappen bespreekt. Zorg ervoor dat een stopmoment ook echt een moment van rust is; neem de tijd die nodig is voor deze momenten. Begin vanuit rust.

Tip 1 Gebruik de begrippenlijst

Alle begrippen die je leerlingen moeten kennen voor het examen staan op een rijtje in de online begrippenlijst. Ook staan de belangrijke begrippen vetgedrukt in het boek, zodat je leerlingen die makkelijk kunnen herkennen in de tekst. Maak je leerlingen attent op de begrippenlijst, zodat ze hiermee kunnen oefenen en zeker weten dat ze van alle begrippen weten wat die inhouden. In de hoofdstukopening staat per paragraaf aangegeven of de leerstof voor het centraal examen, het schoolexamen of beide is. Als een paragraaf alleen leerstof voor het schoolexamen bevat, dan hoeft je leerling de bijbehorende begrippen niet te kennen voor het centraal examen.

Tip 2 Neem de Examentraining door

Aan het einde van elk hoofdstuk in Nectar staat een Examentraining met recente examenopgaven. De afgelopen jaren hebben je leerlingen geleerd hoe ze deze opgaven in vier stappen kunnen oplossen. Laat je leerlingen de Examentraining nogmaals doornemen en leer ze aan om het stappenplan te gebruiken, zowel bij het oefenen als tijdens het examen zelf.

Praktische tips voor het examen vinden je leerlingen ook in het hoofdstuk ‘Op weg naar het examen’. Voor havo leerlingen is dit terug te vinden in hoofdstuk 15 en voor vwo leerlingen in hoofdstuk 22.

Tip 3 Weet je weg in de Binas

In de tekst in het leerboek staan overal verwijzingen naar de Binas. In Samengevat, aan het einde van een hoofdstuk, vinden je leerlingen terug welke Binastabellen belangrijk zijn bij het betreffende hoofdstuk. Laat je leerlingen de belangrijkste tabellen nog eens opzoeken en vraag je leerlingen om in hun hoofd te formulieren welke informatie ze uit de desbetreffende tabellen kunnen halen. Laat ze ook de opdrachten bij Samengevat maken, waarbij ze zoveel mogelijk gebruik moeten maken van de Binas.

Tip 4 Oefen met Examensprint

Wijs je leerlingen op Examensprint in de digitale leeromgeving. Ze kunnen daar een compleet examen oefenen en ontvangen dan een persoonlijk advies. Ze kunnen ook gericht per onderwerp oefenen. Je leerlingen ontvangen een persoonlijk advies op basis van de resultaten, zodat ze weten waar nog extra oefening nodig is.

Tip 5 Gebruik de leerdoelen

In de nieuwste editie van Nectar wordt gewerkt met leerdoelen. Werk jij met editie 4.1? Vraag je leerlingen om alle leerdoelen van een paragraaf langs te gaan en bij elk leerdoel het antwoord op te schrijven. Je leerlingen kunnen dan hun eigen antwoord vergelijken met met Hoofdpunten per leerdoel aan het einde van elke paragraaf. Dit is een handige manier voor je leerlingen om te controleren of ze alles kennen en begrijpen.